Magnesium: oorzaken van tekort
Een magnesiumtekort is meestal het gevolg van een onbalans tussen inname, absorptie en verliezen. Het kan tijdelijk zijn (acute diarree) of chronisch (langdurige lage inname, geneesmiddelen, pathologieën). Het begrijpen van de oorzaak leidt tot duurzame correctie, bij voorkeur door voeding, en vervolgens indien nodig door aangepaste suppletie.
Waarom hebben we een magnesiumtekort: onvoldoende inname of frequente verhoogde verliezen
Twee mechanismen domineren:
- Onvoldoende inname, vaak gerelateerd aan een voeding arm aan groenten, zaden en peulvruchten.
- Verhoogde verliezen spijsvertering (diarree, malabsorptie) of renaal (diuretica, tubulopathieën).
Bepaalde situaties combineren beide (alcoholconsumptie, spijsverteringsziekten).
Spijsverteringsoorzaken: malabsorptie, diarree, chirurgie en chronisch alcoholisme op lange termijn
Darmziekten (inflammatoire ziekten, coeliakie), chronische diarree, resecties of chirurgische afleidingen verminderen de absorptie en verhogen de verliezen. Chronisch alcoholisme vermindert de inname, verandert de absorptie en verhoogt de renale verliezen, waarbij meerdere mechanismen worden gecombineerd (zie hypomagnesiëmie).
Renale verliezen: geneesmiddelen, diabetes, tubulaire syndromen en frequente diuretica in de praktijk
Diuretica (thiaziden, lus) bevorderen de urinaire excretie van magnesium. Bepaalde aangeboren of verworven tubulopathieën, glucosurie (slecht gecontroleerde diabetes) en geneesmiddelen (aminoglycosiden, amfotericine B, cisplatine) verhogen de renale verliezen.
Protonpompremmers (PPI) worden geassocieerd met soms ernstige hypomagnesiëmie, vooral op lange termijn of in combinatie met diuretica. Bespreek de indicatie en opvolging als symptomen verschijnen.
Lage voedingsinname en verhoogde behoeften volgens gangbare situaties
Een voeding arm aan oliehoudende vruchten, zaden, peulvruchten, volkoren granen en groene groenten stelt bloot aan lage inname; de behoeften nemen toe tijdens zwangerschap, borstvoeding, periodes van intensieve training, of bepaalde chronische ziekten — referenties beschikbaar in het referentieblad.
Rollen van protonpompremmers en andere behandelingen
Naast PPI's kunnen verschillende geneesmiddelen bijdragen aan een tekort: diuretica, aminoglycosiden, amfotericine B, cisplatine, ciclosporine, tacrolimus. Langdurige laxeermiddelen en alcohol verhogen ook de verliezen. Een nauwkeurige inventaris van behandelingen is essentieel voordat wordt geconcludeerd en gecorrigeerd (zie hypomagnesiëmie en klinische synthese).
Het verhogen van de voedingsinname heeft prioriteit. Wanneer de oorzaak geneesmiddelgerelateerd is en de indicatie het toelaat, vermindert het aanpassen van de behandeling de suppletiebehoeften en verbetert de stabiliteit.
Belangrijkste oorzaken geclassificeerd per mechanisme en nuttige klinische indices in de praktijk
- Spijsverteringsverliezen: chronische diarree, IBD, chirurgie; verminderde absorptie + verhoogde verliezen.
- Renale verliezen: diuretica, tubulopathieën, diabetes; verhoogde urinaire excretie.
- Geneesmiddelgerelateerd: PPI, aminoglycosiden, cisplatine; verminderde absorptie of verhoogde verliezen.
- Lage inname: geraffineerde voeding, laag in groenten; onvoldoende inname.
- Verhoogde behoeften: zwangerschap, intensieve training; verhoogd weefselverbruik.
- Alcohol: chronische consumptie; verminderde absorptie + verhoogde verliezen.


